|
|||
In 1095 trokken enorme legers van West-Europa naar het Midden-Oosten. Zij waren op een heilige kruistocht. Maar wat was hun doel ? Het begin. Om het ontstaan van de eerste kruistocht te begrijpen moet meester Henk eerst vertellen over Byzantium. In het hoofdstuk “Ondergang van het Romeinse Rijk” vertelde hij dat in 364 na Chr. het Romeinse Rijk in tweeën werd gedeeld: het West-Romeinse Rijk met Rome als hoofdstad en het Oost-Romeinse Rijk met de hoofdstad Constantinopel. Maar het Romeinse Rijk was niet helemaal verdwenen want in het oosten leefde het verder. Het kreeg alleen een nieuwe naam: Byzantium. In de 11e eeuw werd het Midden-Oosten opnieuw door een grote verandering getroffen. Dat kwam door de komst van een nieuw volk: de Seltsjoek Turken. Deze Turkse stammen kwamen oorspronkelijk helemaal uit Centraal-Azië. Eerst hadden zij grote delen van Perzië veroverd. Daar bekeerden zij zich tot de islam. De verschillende Turkse stammen maakten echter veel ruzie met elkaar. Zij maakten ruzie over wie de sterkste was en wie de mooiste. Door deze onderlinge strijd verloren zij veel soldaten. De Byzantijnse keizer Alexius (1081-1118) wilde van deze zwakte gebruik maken en zijn grondgebied terugveroveren. Maar hij miste hiervoor de soldaten. Daarom stuurde hij in 1095 een brief naar paus Urbanus II (1088-1099). Daarin vroeg hij de paus om soldaten, met als smoes dat alle christenen in het oosten groot gevaar liepen!! Paus Urbanus was op reis naar Frankrijk toen hij de brief kreeg. Hij ging naar Frankrijk omdat hij daar een groot probleem had. De Franse boeren en monniken waren vaak het slachtoffer van strijd tussen Franse edelen. Die vochten veel tegen elkaar en trokken moordend en plunderend over het platteland. De pogingen van de kerk om de woeste edelen rustig te krijgen mislukten. De edelen bleven knokken en plunderen. Meester Henk!! Hoeveel mensen gingen op kruistocht? Dat weten we niet precies. Een Byzantijnse kroniekschrijver vertelt dat in 1097 ongeveer 60.000 mensen zich bij Constantinopel hadden verzameld, waarvan 7000 ridders. De Volkskruistocht. Er waren ook mensen die niet veel moesten inpakken. Zij konden direct vertrekken. Dat waren de gewone mensen, het volk. Vandaar ook de naam: Volkskruistocht. Meester Henk!! Wat bedoelt u met moeilijke tocht? Peter de Kluizenaar had zijn legers niet altijd goed onder controle. De komst van zijn troepen ontketende in delen van Duitsland een golf van Jodenvervolging. In enkele Duitse steden werden de joden door de troepen van Peter vermoord en de joodse woonwijken verwoest. Meester Henk!! Waarom deden zij dat? Zij dachten dat alle joden misdaders waren. Zij hadden Christus vermoord! Dus mocht je alle joden hiervoor straffen. De lange weg naar Jeruzalem. In mei 1097 kwamen de laatste troepen van het grote kruisvaardersleger aan bij Constantinopel en kon de lange weg naar Jeruzalem beginnen. De Turkse aanvoerders maakten gebruik van hun favoriete aanvalstechniek: boogschutters te paard galoppeerden langs de vijand en schoten hun pijlen af. Zij maakten dan plaats voor een volgende rij boogschutters. Een paar van deze pijlengolven was meestal voldoende om de tegenstanders doodsbang te maken. Dan kon het vechten met de zwaard beginnen. Meester Henk leest graag je keuze. Stuur die naar meester Henk. Hij leest ook graag waarom je die keuze hebt gemaakt. De verliezen waren groot maar de Anatolische hoogvlakte lag voor de kruisvaarders open. Maar de tocht was moeilijk. Het was hartje zomer en de zon teisterde de kruisvaarders. Veel dorpen waren verlaten en de waterputten stonden droog. Dorst en de hitte eisten vele slachtoffers. Om te voorkomen dat de kruisvaarders in de rug zouden worden aangevallen, moesten zij de stad Antiochië veroveren. Daarvoor moest men dwars door de bergen naar de kust. Maar het was al oktober (1097) en het regende hard. De paden waren smal en glibberig. Veel zwaar bepakte paarden en wagens gleden weg en stortten in ravijnen. Eind oktober bereikte men eindelijk Antiochië. De strijd om Antiochië. Antiochië was een belangrijke stad in het Midden Oosten. Het lag heel strategisch bij zee en aan de rivier Orontes. Het was een grote handelsplaats en had ook belangrijke militaire functies. De stad had daarom een enorme fort en werd beschermd door 12 km stadsmuur en 400 torens. De stad was bijna niet in te nemen. In 1085 hadden de Turken door verraad de stad in handen gekregen. In de lente van 1098 was de stad nog steeds niet ingenomen. Wel dreigde een groot gevaar: er kwam een groot Turks leger aan om de stad te ontzetten. Gelukkig voor de kruisvaarders bood een Turkse torencommandant aan om voor veel geld de poort te openen. Door dit verraad konden de kruisvaarders op tijd de stad veroveren. Twee dagen na de inname arriveerden de Turkse legers. Ook zij gingen over tot een belegering. De kruisvaarders zaten daardoor opnieuw in grote problemen. Door hun eigen belegering was er maar weinig voedsel in de stad. Dus toen zij op hun beurt belegerd werden door de Turkse troepen zaten de kruisvaarders in een stad zonder eten. Opnieuw leden de kruisvaarders honger. Maar zij hadden geluk. De Turkse legeraanvoerders kregen onderling ruzie en het grote, sterke Turkse leger verbrokkelde. Sommige aanvoerders gingen zelfs naar huis. Toen de kruisvaarders, door de honger gedreven, een wanhopige uitval deden om de stad te ontzetten, troffen zij een zwak Turks leger die al snel op de vlucht sloeg.
De verovering van Jeruzalem. Op 7 juni 1099, drie jaar na het begin van de kruistocht, stonden de kruisvaarders voor de muren van Jeruzalem. Met enorme belegeringstorens en stormrammen werd de stad van twee kanten aangevallen. Op 13 juli lukte het de kruisvaarders om over de muur te komen. De stadspoorten werden geopend en de kruisvaarders stroomden Jeruzalem in. In hun zoektocht naar vijanden en buit werd iedereen; joden, moslims en christenen, afgeslacht. Het was een afschuwelijk bloedbad. Alleen al in de al-Aksa-moskee werden 10.000 mensen vermoord. Volgens één kroniekschrijver van de eerste kruistocht liepen de kruisvaarders tot hun enkels door het bloed. Geen vrouw of kind werd gespaard. Het Koninkrijk Jeruzalem. Het Koninkrijk Jeruzalem was één van de kruisvaarderslandjes in het Midden-Oosten. Veel Europeanen trokken naar het Midden-Oosten om daar te gaan wonen. In de eerste plaats waren er natuurlijk de ridders. Zij vochten voor de kruisvaarderslandjes. Maar de grootste groep kolonisten waren de boeren. Zij leefden in de dorpen tussen de moslimbevolking en de joden. Daar leerden de kolonisten hoe je exotische planten moest kweken en onderhouden, zoals aubergines en olijfbomen. Vooral de productie van olijfolie was belangrijk. Olijfolie was een belangrijk handelsproduct. Door de handel tussen de kruisvaarderslandjes en West-Europa kwamen steeds meer exotische goederen naar het westen. De kruisvaarders konden rustig in het Midden-Oosten leven door de onderlinge verdeeldheid van de moslims. In Egypte regeerden de Fatamiden en in Bagdad de Seldsjoek Turken. Deze twee groepen hadden een enorme hekel aan elkaar en bevochten elkaar op leven en dood. Zij maakten meer ruzie en oorlog onderling dan met de kruisvaarders. Maar in 1174 wist Saladin de beide kampen te verenigen. Op 4 juli 1187 kwam het tot een grote veldslag tussen de kruisvaarders en de troepen van Saladin. In de slag bij de Horens van Hattim werden de kruisvaarders verpletterend verslagen. Na deze nederlaag waren de steden van de kruisvaarders bijna zonder verdediging. Eén voor één gaven zij zich over aan Saladin. Op 2 oktober 1187 werd Jeruzalem door Saladin en zijn troepen ingenomen. Met de val van Jeruzalem verdween het Koninkrijk Jeruzalem, 88 jaar na haar oprichting. De val van Jeruzalem zond een golf van ontzetting door heel Europa. Men maakte zich direct klaar voor een nieuwe kruistocht. Maar geen van de volgende kruistochten was zo succesvol als de eerste. Zijn er nog vragen ? Mail dan naar meester Henkl Bron: Kruisvaarders, onder redactie van Th. F.Madden,Hilversum, 2008 Steven Runciman, A history of the Crusades. Part 1. The first crusade, Cambridge, 1951 Amin Maalouf, Rovers, Christenhonden, Vrouwenschenders. Kruistochten in Arabische kronieken Amsterdam,1986. Meer lessen over de late middeleeuwen: : Ridders en kastelen
September 11, 2024
|